In het najaar van 2024 ontving IHLIA een grote schenking van boeken en dvd’s van André Hielkema. André geboren in 1958 overleed 25 september 2024 na een kort ziekbed. Hij studeerde geschiedenis in Utrecht. Hij studeerde in 1983 af met als hoofdvak contemporaine geschiedenis en als bijvakken Engelse letterkunde en sociologie. Zijn scriptie uit 1982 droeg de titel De medicalisering van de Homoseksualiteit in Nederland tussen 1890 en 1910. Die periode had zijn voorkeur zoals uit zijn boekenkast zou blijken.
André was in zijn doctoraalfase tussen voorjaar 1981 en december 1983 redacteur van het tijdschrift Homologie dat samen met homostudies in diverse steden en het Documentatiecentrum Homostudies (nu IHLIA) naar nieuwe wegen zocht in de wetenschap.
Door: Martien Sleutjes
Homologie en het Documentatiecentrum waren nauw verbonden door de rubriek Relevant op de laatste pagina’s van het tijdschrift. Voor dit literatuuroverzicht had André zich in eerste instantie aangemeld als coördinator, maar het was duidelijk dat zijn hart veel meer bij het redactiewerk lag.
Het basiswerk in de redactie was naast het beoordelen van elkaars bijdragen het schijven van boekbesprekingen. Hij maakte enkele malen langere artikelen door combinaties van boeken te bespreken zodat het hoofdverhaal in perspectief werd gezet.
In het lentenummer van 1982 staan twee uitgebreide artikelen van zijn hand: een vanuit zijn visie op Engelse letterkunde, in dit geval over E.M. Forster’s Maurice, en een over millennia lange samenhang tussen homo- en abortusaversie in het pre-christelijke en christelijke wereldbeeld. Als humanist beschrijft hij dat opvallend neutraal. In het zomernummer komt hij met een kritisch verhaal over Foucault vanuit een historische perspectief. Drie verschillende invalshoeken maar wel alle drie kritisch.
Tekst loopt door onder afbeelding
Zijn werk voor het Humanistisch Verbond liet geen tijd meer over voor Homologie. André werkte tussen 1982 en 2017 op diverse functies binnen dat Verbond. Hij deed redactiewerk (eind- en later hoofdredactie) voor het wetenschappelijke humanistische tijdschrift Rekenschap. Later was hij ook eindredacteur van het Tijdschrift voor Humanistiek. Legio andere ondersteunende functies laten we hier maar passeren, omdat in zijn bibliotheek de Engelse literatuur centraal stond.
André heeft ooit het plan opgevat om te promoveren op de Engelse schrijver D.H. Lawrence. Deze Engelse schrijver debuteerde in 1911 met de roman The White Peacock. Twee jaar later verscheen Sons and Lovers. Hij is echter vooral bekend door de ophef rond zijn roman uit 1928 Lady Chatterley’s Lover dat twee jaar voor zijn dood in Florence werd uitgegeven. Seks tussen een adellijke dame en een gewone jachtopziener was not done. En zeker niet op de manier waarop Lawrence dit beschreef. In Engeland (en vele andere landen) kon het boek pas in 1960 worden gepubliceerd.
Intrigerend aan Lawrence was zijn liberale opvatting over seksualiteit. Hij bestreed de Victoriaanse moraal. Voor hem was de bekrompen seksuele betrekking tussen mannen en vrouwen een van de grootste problemen van zijn tijd. Hij zag dat zelfs als de oorzaak van de politieke stagnatie van het Britse imperium na 1900.
André was duidelijk geïntrigeerd hoe deze man met zijn vrije seksuele opvatting omging met zijn morele dilemma rond homo-erotiek. Zo vrij was zijn opvatting ook weer niet. Maar zijn opvattingen waren in de ogen van de (morele) politie wel veel te vrij. Ook andere boeken van Lawrence werden gecensureerd. Een tentoonstelling van zijn schilderijen moest hij vroegtijdig afbreken.
In zijn bijdrage in de bundel Grensgeschillen in de seks uit 1990 laat André de worsteling van Lawrence zien met het thema homo-erotiek.1 Natuurlijk stonden in zijn boekenkast alle boeken waarin die worsteling wordt beschreven. En dan natuurlijk boeken over Lawrence en zijn beweegredenen. Maar dat deel van rond de 10 meter boekenkast verbleekte bij de vele meters met boeken van en over dandyisme en de periode aan het eind van de 19e eeuw. Drie medewerkers van IHLIA hadden een lange middag nodig om uit te vogelen welke van deze boeken al in de collectie van IHLIA stonden en hoeveel boeken juist niet. De secundaire literatuur over Wilde was indrukwekkend.
Uiteindelijk gingen zo’n acht dozen met boeken richting Amsterdam. Het hoeft dan ook geen verbazing te wekken dat als eerste bron over dandyisme in de Nederlandse Wikipedia het boek De Dandy of de overschrijding van het alledaagse wordt genoemd (Meppel/Amsterdam: Boom, 1989) onder redactie van André Hielkema.
Waarschijnlijk zou zijn proefschrift uiteindelijk gehandeld hebben over beeldvorming over mannelijkheid en mannelijke seksualiteit in de periode 1870-1914 cumulerend in de libertijnse schrijfstijl van Lawrence in de periode na het dandyisme. We zullen het nooit weten.
Hij had in Amsterdam een promotor gevonden, maar door zijn drukke werkzaamheden bij het Humanistisch Verbond is het er nooit van gekomen. Hopelijk kan iemand met de boeken die nu bij IHLIA zijn het onderwerp weer eens oppakken. Kijk dan ook eens naar de vele wetenschappelijke artikelen die André als pdf op een USB-stick verzamelde. Uiteindelijk kan de gebruiker zoeken op de naam van de schenker.
En dan had André ook een indrukwekkende verzameling dvd’s. Er zaten veel dvd’s bij uit de periode dat IHLIA weinig geld had om ze aan te schaffen. De dvd’s en de boeken zijn een grote verrijking van de IHLIA-collectie. André was een van de mensen die in de beginperiode van homostudies zijn steentje bijdroeg aan het homovriendelijker maken van de wetenschap. Met zijn boeken over de periode 1870-1914 die zijn leven lang zijn interesse heeft gehouden is het nu voor iemand anders om verder in deze periode te duiken.
De schenking is mede mogelijk gemaakt door zijn echtgenoot Freek Pol.
1In: G. Hekma, D. Kraakman, W. Melching (red.), ‘Grensgeschillen in de seks. Bijdragen tot een culturele geschiedenis van de seksualiteit’, Uitg. Rodopi (Amsterdam – Atlanta, GA), 1990, p. 92 – 117.